In de zomer zie je het vaak: een blauwgroene laag op vijvers, meren of sloten. Dat is blauwalg, ook wel cyanobacterie genoemd. Ondanks de naam is het geen alg, maar een bacterie die giftige stoffen produceert. En die kunnen erg gevaarlijk zijn voor dieren.

Waarom is blauwalg zo gevaarlijk?

Blauwalg komt vooral voor bij warm weer, tussen de 20 en 30 graden. De bacterie maakt gifstoffen aan die de lever of het zenuwstelsel van dieren kunnen aantasten. Dat kan gebeuren wanneer je hond of kat:

  • van besmet water drinkt
  • erin zwemt of speelt
  • zichzelf likt na contact met het water

De symptomen kunnen zijn:

  • braken en diarree
  • sloomheid of zwakte
  • geelzucht
  • ademhalingsproblemen
  • in ernstige gevallen: shock of zelfs overlijden

Niet alleen honden en katten lopen gevaar, ook vogels, vissen en vee kunnen ziek worden. Voor dieren bestaat er geen antigif, dus voorkomen is cruciaal.

Wat kun jij doen?

  • Laat je hond nooit zwemmen of drinken uit water waar blauwalg in zit.
  • Zie je een rare kleur of drijflaag op het water? Neem het zekere voor het onzekere.
  • Volg de waarschuwingen voor zwemwater voor mensen: als mensen er niet in mogen, mogen dieren dat zeker ook niet.
  • Heeft je dier toch contact gehad met blauwalg? Bel meteen je dierenarts.

Blauwalg is gevaarlijk, maar met wat waakzaamheid kun je je huisdier goed beschermen. Let op het water waar je hond speelt — en kies altijd voor veilig, helder en stromend water.